38. Onze uitheemse appel
Wilde appels zijn inheemse bomen in Nederland en in de omringende landen. De bomen lijken veel op de gekweekte appelbomen, maar ze hebben vaak doornen en kleine, harde en wrange vruchten. Ik heb me wel eens afgevraagd hoe iemand op het idee kon komen om zelfs maar te proberen daar iets eetbaars uit te kweken. Maar dat blijkt de verkeerde vraag te zijn.
De appel - botanisch
De appel hoort bij de rozenfamilie en de wilde soort heeft dan ook vaak doorns zoals gezegd. Onze uiterst zeldzame wilde appel heet officieel Malus sylvestris, letterlijk bosappel. In Brabant komt wilde appel waarschijnlijk niet meer voor, in Limburg nog wel in het uiterste noorden bij Gennep en in het Meinweggebied. Op het oog is er niet zoveel verschil tussen de wilde en de gekweekte appelboom, behalve de vruchten dan. De bloei is net zo mooi en zelfs de dorens kunnen terug komen als een gekweekte appel verwilderd door opslag uit een weggegooid appelkroosje! In de Heemtuin bij de watermolen van Kasteel Schaloen staat een wilde appel, tenminste een paar jaar geleden.
Van zo'n 4000 voor Christus dateren vondsten in de Alblasserwaard van verkoolde appeltjes. Dus toen groeiden hier al appeltjes en blijkbaar probeerden de mensen toen om ze eetbaar te maken door er een soort gepofte appeltjes van te maken. Over het resultaat weet ik niets, maar het is duidelijk dat poffen boven open vuur ook toen al niet vlekkeloos verliep.
Lang is gedacht dat de gekweekte appel veredeld zou zijn uit onze wilde appel, waarschijnlijk omdat men geen betere kandidaten kende. Maar zo'n twintig jaar geleden ontdekte men aanzienlijk betere kandidaten in Kazakstan. De appel die daar in het wild groeit heet officieel Malus sieversii. Een Nederlandse naam schijnt hij niet te hebben dus ik noem hem hier maar Kazakstan appel. Het grote verschil met onze wilde appel is dat de wilde Kazakstan appel vruchten heeft die vaak even groot zijn als de appels bij ons in de winkel. En net zo smakelijk! In de Sovjet tijd was Kazakstan erg moeilijk toegankelijk omdat daar de lanceerbasis Baikonoer ligt voor de ruimtevaart. Dit zal wel de reden zijn dat men zich pas in de jaren negentig realiseerde dat hier waarschijnlijk de voorvader van onze appel groeit. Kazakstan maakte er overigens wel "reclame" voor. De oude hoofdstad heette eerst Alma-Ata wat "Vader van de Appels" betekent; tegenwoordig heet die plaats Almaty en dat is "Overvloed van appels".
De bloemen van de appel
De laatste jaren heeft men natuurlijk het genetisch materiaal onderzocht en het klopt: de voornaamste voorvader van onze gekweekte appel (Malus domesticus) is de Malus sieversii met mogelijk nog wat kleine bijdragen van onze inheemse Malus sylvestris. Uit onze kweekappel kan dus nooit onze wilde appel groeien al is dat op het oog moeilijk te zien, behalve als er vruchten aan zitten. Het voornaamste verschil is de viltige beharing aan de onderzijde van het blad: bij de wilde verdwijnt dat heel snel en bij de gekweekte blijft het zitten.
Appels kweken
De Kazakstan appel is ongetwijfeld al duizenden jaren gegeten en gekweekt door de lokale bevolking. De verspreiding is waarschijnlijk begonnen toen de zijderoute ontstond, de karavaanroute van China via Kazakstan en de andere landen direct noordelijk van de Himalaya naar Perzië, Turkije en Rusland. Die route werd over de hele afstand gebruikt sinds ongeveer 400 voor Christus dat wil zeggen dat toen mensen en goederen vanuit China vertrokken met bestemming het gebied bij de Zware Zee. Maar voor die tijd ging dat waarschijnlijk al lang in etappes met na iedere etappe een andere handelaar. In ieder geval ruim voor die tijd kende het Midden-Oosten de eetbare Kazakstan appel en daarna is het weer het bekende verhaal: de Romeinen namen de appel over en verspreiden die over Europa. Toen de Romeinen na 400 vertrokken, zorgden de kloosters voor de fruitbomen en na de Middeleeuwen verspreiden de West-Europeanen de appel over de wereld.
Maar waarschijnlijk al lang voordat dat zelfs de Kazakken appels aten, was daar een heel bijzondere veredelaar aan het werk: de beer! Beren houden van fruit en vooral van veel en zoet fruit. Dus de beren aten de grootste en lekkerste appels en poepten de pitten uit met een kant en klaar hoopje mest zodat de nieuwe appelboom een goede start kon maken! Ze hebben dat ongetwijfeld duizenden jaren gedaan zonder dat de mensen zich er mee bemoeiden, maar ook nu nog schijnen de beren in Kazakstan de (steeds schaarsere) appelbossen daar te bezoeken voor een maaltje appels.
Prachtige tak appelbloesem
Onze uitheemse appel
Al onze eetbare appels stammen dus af van de Kazakstan appels, met dank aan de beren en daarna natuurlijk aan al die kwekers die minstens 3000 jaar lang hun best hebben gedaan om de appels nog lekkerder, mooier, goedkoper en beter houdbaar te maken. De appel zou wel eens de eerste boom geweest kunnen zijn die de mensen zijn gaan kweken. Misschien logisch nadat de beren het zware werk hadden gedaan, want ook Kazakstan komen al heel veel eetbare varianten voor in het wild. Maar de beren hebben natuurlijk niet gelet op de houdbaarheid.
Appels aan de boom
Ook zullen de beren wel geen appels op onderstam hebben geënt, een belangrijke techniek om van één goede boom veel goede bomen te maken. Die uitvinding schijnt sinds een paar eeuwen voor Christus op naam te staan van de Chinezen want die zijn ook al duizenden jaren grote liefhebbers van appels. Hun kweekvorm wordt trouwens ook Malus domesticus genoemd wat zou betekenen dat zij met dezelfde kweekvorm zijn begonnen als wij. Maar voor zover ik weet is dat nog niet via het DNA onderzocht. Dat hele onderzoek is voor de appel trouwens zeer recent, namelijk van 2010 dus mogelijk komen er binnenkort nog nieuwe aanvullende of zelfs nieuwe, verrassende gegevens.
Nog wat nieuws
Het ene onderzoek lokt het andere uit. Toen duidelijk was dat onze kweekappel en de Kazakstan appel eigenlijk dezelfde zijn, viel het een onderzoeker op dat bij de Kazakstan appel het blad in het najaar rood kleurt en bij de kweekvorm niet, dat wordt gewoon gelig. De geleerden hebben allang geleden ontdekt dat geel worden van herfstblad niets anders is als ontgroenen: de boom breekt zijn bladgroen af om de bouwstoffen elders te gebruiken. Het gelige zat al in het blad. Maar sommige bomen kleuren hun blad eerst rood voordat ze het laten vallen. Wij waarderen dat als fraaie herfstkleuren. Maar om het blad rood te kleuren moet de boom wat doen namelijk een rode kleurstof (anthocyaan) aanmaken. Het is duidelijk dat de boom dat niet doet om ons een plezier te doen, maar waarom dan wel? Marco Archetti heeft in 2009 een onderzoek gepubliceerd aan appelbomen met wel en niet rood kleurende herfstbladeren. Hij bedacht dat rood herfstblad misschien een signaal is aan bladluizen om de eitjes die moeten overwinteren, niet op deze boom te leggen. De meedeling van de boom zou dan zijn: op deze boom doen bladluiseitjes het niet best. Dat blijkt te kloppen: de bladluizen vermijden deze bomen en de eitjes die er toch gelegd worden, geven geen sterke bladluizen bevolking in het voorjaar.
Maar dan blijft nog de vraag hoe zorgt de boom er voor dat het slecht gaat met de bladluizen, is de rode kleurstof giftig? Nee, de bladluizen blijken zelf de boom te verpesten voor hun nakomelingen. Want Marco Archetti vond dat alleen bomen die erg gevoelig zijn voor bacterievuur hun blad rood kleuren in de herfst. En het bacterievuur of perenvuur wordt overgebracht door onder andere bladluizen! En een boom die slecht tegen perenvuur kan, kan de jonge bladluizen in het voorjaar niet goed verzorgen!
Lijsterbes bijna rood van de bessen
Ik weet natuurlijk niet of het verhaal klopt. De publicatie is zo recent dat ik nog geen deskundige heb kunnen vinden die zegt dat het niet of wel klopt. Ik heb wel zitten denken aan de meidoorn. Als het om bacterievuur gaat, is de meeste beruchte wilde boom bij ons de meidoorn. Een bekende bron van besmetting van peren en dergelijke, op sommige plaatsen is er zelfs een aanplant verbod. Of de meidoorn zelf veel last heeft van bacterievuur weet ik niet, maar voor mijn gevoel kleurt het blad niet echt rood in de herfst om bladluizen af te schrikken. Meidoorn zal zelf dus wel weinig last hebben van de bacterievuur. De boom kleurt soms wel rood, maar dat komt door de grote hoeveelheid bessen. En dat is natuurlijk geen bewijs dat de theorie wel of niet klopt. Maar wel mooi, net als rood blad.
Jan van Dingenen - 2011