Over wilde planten

29. Een wandeling op de Mookerhei

In het voorjaar maakten we een wandeling op de Mookerhei. Toen we in Zuid-Limburg woonden kwamen we daar nooit, veel te ver. Maar nu wonen we in Brabant en veel dichter bij dit stukje Limburg dan de meeste Limburgers. Dus we hebben een dagje kennis gemaakt met de enige echte heuvels van Limburg want zoals iedereen weet heeft Zuid-Limburg geen heuvels maar alleen maar dalen. Rond Nijmegen en dus ook op de Mookerhei, liggen échte heuvels ontstaan als stuwwallen van de gletsjers in de ijstijd. Ze zijn niet zo hoog maar ze leverden toch een paar fikse hellingen op.

Weinig hei, wel mooi

Erg veel is er niet meer over van de hei op de Mookerhei. De heide was waarschijnlijk veel groter in 1574 tijdens de slag op de Mookerhei in de Tachtigjarige Oorlog (een leger met twee broers van Willem van Oranje werd verslagen door de Spanjaarden en de broers sneuvelden). Nu is er nog een klein stukje heide, maar wel veel bos. Maar de omgeving is mooi, ook door de hoogteverschillen die nog versterkt worden door het lager liggende Maasdal. Kortom de wandeling was zeker de moeite waard.

We volgden een klein deel van een tweedaagse NS wandeling van Cuijk naar Nijmegen waar o.a. de Mookerhei in ligt. Netjes aangegeven en zoals gezegd erg fraai.

Bos en hei

Als je met meer mensen gaat om te wandelen, is er meestal maar beperkt tijd om bloemetjes te bekijken. Als je bovendien gaat naar een gebied waarvan je niet precies weet waar je moet kijken en als dat ook nog schrale grond is met meestal geen erg uitbundige planten, tja. Maar gewoon, camera om de nek en ik zie wel. En wat ik zag viel helemaal niet tegen.

29.zicht op Cuijk (55K) Gezicht op Cuijk over het Maasdal

29.kalf Hooglander (64K)Maar eerst nog wat over het gebied. De Mookerhei ligt aan de rand van het Maasdal en vanaf deze hoogte kijk je over de rivier naar Brabant waar aan de andere kant van de Maas Cuijk ligt, herkenbaar aan de kerk met de twee torens. Rondom de hei liggen bossen, vooral loofbossen wat toch een wat vriendelijker beeld geeft dan naaldbossen. Het bosgebied en de hei zelf hebben nogal wat hoogteverschillen, zelden grotere verschillen dan zo'n vijf meter maar het zorgt voor afwisseling.

Op de hei liepen Schotse Hooglanders, prachtige roodbruine koeien met enorme horens, veel indrukwekkender dan de Galloways maar net zo vriendelijk. Er liepen een paar schattige kalfjes bij die er door hun ronde vormen en lange haren echt als speelgoedbeestjes uitzagen. Toen we te dicht bij kwamen huppelden ze vrolijk naar moeder, wel regelmatig stilstaan en omkijken. Het klinkt heel romantisch, maar het was wel leuk.

Er heeft begin 2006 een brand gewoed op de hei. Er is een flinke lap zwart maar gelukkig is het grootste deel ongeschonden.

Een gewone en een verrassende plant

29.brem bloei (38K)Als je de camera mee neemt, kun je tijdens een wandeling snel een foto maken en dan thuis proberen er achter komen wat je gefotografeerd hebt. Soms is dat eenvoudig maar als het niet direct lukt om de familie van de plant te herkennen, kun je meestal de plant niet meer determineren via de flora.

Op deze wandeling maakte ik onder andere een foto van een bloeiende brem. Geen probleem om die te herkennen natuurlijk, maar toen ik er de Oecologische Flora van Weeda op na las, was er toch een verrassing. Ik citeer over de bloem van de brem uit deel 2, pagina 110: "De nog gesloten kiel steekt recht vooruit. Alle tien de meeldraden zijn aan de voet vergroeid; vier ervan zijn veel langer dan de overige zes. Onder de druk van een bezoekende hommel splijt de buiknaad van de kiel van onder naar boven open. Eerst springen de korte meeldraden te voorschijn en bepoederen de buik van het insect. Zodra de top van de kiel open is, springt de stijl met geweld te voorschijn en veegt de rug van de hommel af, daarbij anderhalve cirkel beschrijvend. Vrijwel gelijktijdig krommen de lange meeldraden zich omhoog en slaan hun stuifmeel op de hommelrug uit. Na de ontploffing hangt de kiel omlaag." De rechter bloem op de foto geeft precies deze situatie weer: de vier lange en de korte meeldraden, de rondgedraaide stijl en de hangende kiel!

Boksdoorn?

De tweede plant was verrassender en leverde heel wat problemen op bij het determineren. De plant groeide op de hei met kruipende takken of uitlopers tussen wat lage grassen, alles niet hoger dan zo'n tien centimeter (maar kan door de Hooglanders komen). De plant bloeit met kleine rozig, paarse bloemetjes van ongeveer een halve centimeter.

29.schijnspurrie (130K) Géén boksdoorn, maar rode schijnspurrie

Na lang zoeken kwam ik tot de conclusie dat het boksdoorn (Lycium barbarum) zou kunnen zijn, maar zeker ben ik nog steeds niet. Dus als iemand het beter weet hoor ik het graag. (Naschrift. En men wist het beter! Het plantje op de foto is geen boksdoorn, maar rode schijnspurrie officieel Spergularia rubra. Met dank aan alle mensen die mij na de publicatie corrigeerden.)

Boksdoorn hoort bij de nachtschade familie en komt oorspronkelijk uit China. Boksdoorn is hier gekweekt en verwilderd. Volgens de boeken kan de plant zich in ons land maar moeilijk handhaven behalve in de duinen en nauwelijks voortplanten. Alleen langs de rivieren wordt de plant nog wel eens gezien, ook in de omgeving van de Mookerhei. Het zou dus kunnen maar boksdoorn is eigenlijk een struik met doorns. De doorns zie ik niet en veel struik zie ik ook niet op de foto's maar dat kan weer aan de Hooglanders liggen of aan de konijnen want hun keutels liggen er wel. De bekendste familieleden uit de nachtschadefamilie zijn uiteraard de aardappel en de tomaat en als inheemse wilde planten de zwarte nachtschade met witte bloemetjes en bitterzoet met paarse. De bloemetjes van deze planten lijken wel wat op die van de boksdoorn maar veel struikachtigs zit er niet in. Alleen bij bitterzoet heb ik wel eens gezien dat de stengels lijken te verhouten maar dan nog heeft de plant steun nodig om echt de hoogte in te komen. Dat schijnt overigens ook bij boksdoorn het geval te zijn. De stengels verhouten en dus is het formeel een struik maar om omhoog te komen heeft boksdoorn toch graag wat hulp.

Mispel 29.mispel bloem (40K)

Langs een pad aan de rand van het bos stonden een paar niet al te grote bomen met forse, een beetje leerachtige bladeren en prachtige witte bloemen: de mispel (Mespilus germanica). Gezien de plaats waar ze stonden zouden ze geplant kunnen zijn maar aan de andere kant is de bosrand ook een logische plaats voor deze boom. Ook de mispel is van oorsprong niet inheems maar afkomstig uit het gebied van de Middellandse zee. In het begin van de Middeleeuwen voerden de Graven van Gelre drie mispel bloemen in hun wapen. Een teken dat de mispel in ieder geval werd gewaardeerd voor zijn bloemen maar waarschijnlijk nog meer voor de vruchten. Veel eetbare en zoete vruchten groeiden er toen niet in ons land dus dat zal wel een grote rol hebben gespeeld.

Zo rot als een mispel, kan natuurlijk maar mispels worden niet gegeten als ze rot zijn maar 'overrijp' dat wil zeggen dat ze wat zijn gegist. Volgens een artikel uit de Volkskrant moet je wachten tot ze 'rot' zijn: "Het vruchtvlees wordt dan bruin, zacht en zoet. De mispel kan nu zo uit de hand gegeten worden, door hem open te breken en het vruchtvlees eruit te zuigen. Doe dit bij voorkeur buiten; dan kunnen de grote pitten en de stenige omhulsels, die daarbij in de mond komen, met een sierlijke boog uitgespuugd worden." Het klinkt niet zó smakelijk. Ik denk dat mijn voorkeur toch uit gaat naar een ver familielid: de Japanse mispel of loquat (Eriobotrya japonica). Een gele vrucht die tegenwoordig in de landen rond de Middellandse zee groeit met een heerlijke zoetzure smaak en een wisselend aantal grote glanzend bruine pitten. Maar onze mispel bloeit mooier. De bloei schijnt vaak niet langer te duren dan een week. Ik had dus geluk. Om de merkwaardige vruchten te fotograferen met het kroontje van de oorspronkelijke kelkslippen, hoefde ik niet terug naar de Mookerhei want deze zomer werd de mispel ook gevonden bij Liempde, mijn huidige woonplaats.

29.mispel vruchten (88K) Vruchten van de mispel met heel typisch de kelkblderen bovenop de vrucht

De mispel hoort thuis in de rozenfamilie net als de meeste van onze fruitbomen (appel, peer, pruim, kers, aardbei, braam en nog vele andere). Eeuwenlang heeft men gedacht dat 'onze' mispel de enige van zijn soort was (de loquat is veel verder weg familie) maar in 1990 heeft men in de Verenigde Staten een tweede soort ontdekt: Mespilus canescens. Er staan maar 25 planten van deze soort en allemaal in één klein bosje. Het voornaamste zichtbare verschil met onze mispel is dat de vruchten roodachtig zijn in plaats van bruinig.

Kortom, ik kan een wandeling op de Mookerhei zeker aanbevelen. Er is meer te zien dan ik verwachte en waarschijnlijk heb ik nog een hele boel moois en interessants gemist.

Jan van Dingenen - 2006

29.Japanse mispel (94K) Japanse mispel met vruchten